Let op: Tot 1 november zijn we open op de maandag en donderdag van 8.30- 17 uur. Heeft u nog niet uw patientendossier opgevraagd? Doe dit dan voor 1 november per email!

Knaagdieren

In onze praktijk behandelen we veel verschillende soorten knaagdieren

In onze praktijk behandelen we verschillende soorten knaagdieren. Uw geliefde rat, muis, cavia, hamster, gerbil, chinchilla: ze kunnen allemaal bij ons terecht. Cavia's en ook hamsters zien we het vaakst. Heeft u een ander dier dat onze hulp nodig heeft? We zullen altijd ons best doen.

Informatie over cavia's

  • Tanden slijpen
  • Geslachtsonderscheiding
  • Fysiologische gegevens
  • Gedrag
  • Hanteren
  • Fok
  • Fokgegevens
  • Voeding
  • Veel verversen
  • Huisvesting
  • Omgevingstemperatuur

Tanden slijpen

Tanden slijpen

De cavia heeft steeds doorgroeiende tanden. Door slijtage worden ze niet te lang. Soms slijten ze onvoldoende en worden ze veel te lang. Dan moeten ze regelmatig geslepen worden. Bij vermagerde dieren moet aan dit aspect aandacht worden besteed.

Geslachtsonderscheiding

Geslachtsonderscheiding

Hoe te bepalen of je een mannetje of vrouwtje voor je hebt? Door met de vinger te drukken op de anale streek puilt bij het mannetje (beertje) de penis naar buiten.

Fysiologische gegevens

Fysiologische gegevens

  • Lichaamstemperatuur 40 graden Celcius
  • Ademhalingsfrequentie 42 keer per minuut
  • Hartfrequentie 230 - 380/minuut
  • Bloedvolume 70 - 75ml/kg lichaamsgewicht
  • Levensduur 6 - 8 jaar

Gedrag

Gedrag

De cavia is een groepsdier met een duidelijke hiërarchie onder de beertjes. Bij de vrouwtjes (zeugjes) komt dit verschijnsel veel minder of niet voor. Beertjes in de groep worden door de dominante beer in de groep geduld, maar als zij avances maken naar zeugjes zullen zij worden verjaagd.

Hanteren

Hanteren

De cavia is een goed te hanteren dier dat niet zo snel zal bijten. Hij moet met beide handen worden opgepakt. Het beste is om het dier rond de schouders te pakken en met de andere hand het onderlichaam te ondersteunen. Vooral bij drachtige cavia's is het belangrijk het onderlichaam te ondersteunen omdat dit erg zwaar wordt. Bij zware of drachtige dieren bestaat het gevaar dat de vingertoppen in de buikholte een leverscheuring veroorzaken met als gevolg een inwendige bloeding met dodelijke afloop.

Fok

Fok

Meestal past men polygame fok toe van 1 beertje met 4 à 5 zeugjes. Cavia's maken geen nest, maar verschuilen zich graag in hooi. Zorg dus voor hooi. Hooi beschermt bovendien de pasgeboren jongen tegen afkoeling. Pasgeboren cavia's zijn meer volgroeid dan bij anderen knaagdieren het geval is. Het zijn nestvlieders. Bij de geboorte zijn de jongen al behaard, de ogen zijn open en het gebit is ontwikkeld. Kort na de geboorte kunnen de jongen al voer opnemen en water drinken. Hoewel het zeugje maar 1 paar tepel heeft, kan ze goed nesten van 3 a 4 jongen groot brengen.

Fokgegevens

Fokgegevens

  • Geslachtsrijp 9 weken
  • Fokrijpheid 3 maanden
  • Draagtijd 2 a 2,5 maand
  • Nestgrootte 1 - 6 (gemiddeld 4)
  • Geboortegewicht 70 - 100 gram
  • Speenleeftijd 3 weken
  • Speengewicht 150 - 200 gram
  • Volwassen gewicht:
    beertje: 950 - 1200 gram
    zeugje: 700 - 850 gram
  • Optimale fokperiode 2 jaar
  • Maximale levensduur 8 jaar

Voeding

Voeding

Cavia's missen een enzym dat nodig is om van glucose vitamine C te maken. De cavia heeft dus dagelijks aanvoer van vitamine C nodig: minimaal 10 mg per 10 kg lichaamsgewicht, per dag. Dit is niet het geval bij het konijn. Konijnenvoer kan dus niet aan cavia's kan worden gegeven zonder dat extra vitamine C wordt verstrekt. Fruit en groenvoer zijn hiervoor geschikt, maar vitamine C kan ook via het drinkwater worden verstrekt in een dosering van 1 gram per liter water.

Vooral in de winter is het nogal eens moeilijk voor cavia's aan de dagelijkse behoefte vitamine C te voldoen. Cavia's zijn planteneters. Hoewel hooi vaak als voedsel wordt gegeven, moet het zodanig worden verstrekt dat de cavia het tevens als beschuttingsmateriaal kan gebruiken. Wat hooi en appel zijn vaak onmisbaar voor een goede conditie. Bij verstrekken van groenvoer moet worden opgepast dat geen ziekten worden ingebracht.

Veel verversen

Veel verversen

Cavia's zijn kieskeurige eters. Ze kunnen eten en drinken weigeren als het voedsel of de voerbak zijn veranderd. Ze zijn ook slordige eters. Ze morsen veel en doen hun behoeften in de voerbak. Het voedsel moet dus vaak worden ververst en de voerbak moet regelmatig worden schoongemaakt. Ook waterflessen met liefst roestvrij stalen drink tuiten moeten vaak worden gereinigd, omdat cavia's in de fles terug spuwen. Water en voer moeten vrij ter beschikking staan.

Huisvesting

Huisvesting

Dieren moeten zich kunnen verschuilen, bijvoorbeeld in hooi of onder een afdakje. Als bodembedekking kunnen houtkrullen, hooi of zaagsel gebruikt worden. Zaagsel heeft als nadeel dat het zich bij de beertjes kan ophopen onder de voorhuid van de penis en daar een chronische ontsteking veroorzaken.

Omgevingstemperatuur

Omgevingstemperatuur

De ideale omgevingstemperatuur is 20-24 graden Celcius. Cavia's kunnen goed tegen lagere temperaturen als ze een goede bodembedekking hebben. Maar onder de 17 graden gaan jonge cavia's dood. Cavia's zijn slecht bestand tegen hoge temperaturen. Deze mag zeker niet hoger zijn dan 30 graden.